In bestelling meegestuurde reclamefolder = geen onacceptabele reclamespam

De verspreider van (al dan niet geadresseerde) brievenbusreclame moet zich aan de Code Brievenbus reclame, huissampling en direct response marketing (CBR)  houden. Die CBR bevat onder andere een heldere identificatieplicht: de ontvanger moet meteen kunnen zien van welke partij de reclame in de bus afkomstig is.

Bovendien stelt de CBR regels voor de verspreider om de wens van een ontvanger te respecteren die niet langer brievenbus reclame van die verspreider wil ontvangen. Art. 14 CBR luidt namelijk: ‘Indien een ontvanger schriftelijk heeft medegedeeld geen geadresseerde reclame te willen ontvangen dient de opdrachtgever ervoor te zorgen dat deze wens zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen een termijn van drie maanden na ontvangst van het verzoek, zonder restrictie ingewilligd wordt.’

Recent had een ontvanger van reclame van Bol.com een mailtje aan de bekende webshop gestuurd met het verzoek geen reclame per post meer te ontvangen. Na dat verzoek had diezelfde consument een pakket bij Bol.com besteld en ontvangen. In de doos bleek (naast de bestelling) óók een reclamefolder van Bol.com bijgevoegd. En dat had de ontvanger nu juist willen voorkomen. Dus diende hij een klacht in bij de RCC en stelde dat Bol.com in strijd handelde met bovenstaand artikel. Dat vond de RCC niet. De definitie van brievenbusreclame in de CBR is namelijk: elke reclame die, geadresseerd of ongeadresseerd, via brievenbus of postbus wordt verspreid en geen geïntegreerd deel uitmaakt van een ander medium, zoals kranten en tijdschriften. In dit geval bevond de folder zich in het pakket en was daarvan een geïntegreerd deel, aldus de RCC. Ook het feit dat het pakket niet via de brievenbus werd bezorgd (want te groot), maar door de postbezorger aan de deur werd afgegeven speelde mee in het oordeel dat de folder niet onder voormelde definitie valt. Klacht afgewezen.
 
Daan van Eek

Leaflet included in the box of a webshop purchase = not unacceptable advertising spam


The distributor of letterbox advertising (whether or not addressed to the recipient) must adhere to the Dutch Advertising Code regarding Mailbox Advertising, door sampling and direct response marketing (CBR). The CBR includes a clear obligation for the distributor to itself: the recipient must immediately be able to see what party is the sender thereof.

In addition, the CBR obliges the distributor to respect the wishes of a recipient who no longer wants to receive letter box advertising of that distributor. Article 14 CBR states: "If a recipient has notified (in writing) the advertiser of its wish to no longer receive any direct mail, the advertiser must ensure it adheres to that request as soon as possible, but in any case within three months of receipt of such request, without any restrictions."

Recently, a customer had received (paper) advertising of web shop Bol.com by mail. He then requested Bol.com by e-mail not to receive any further advertising per mail.

Some time after his request, the same customer ordered something though Bol.com’s webshop. A leaflet was included in the delivered package. Thus, he filed a complaint with the Dutch Advertising Code Committee, stating that inclusion was a breach of the aforementioned article of the CBR. The DACC did not agree. The definition of ‘letter box advertising’ in the CBR is: ‘any advertising, whether the address of the recipient has been printed on the advertising or not, which is distributed via a letter box or post office box and which is not an integral part of another medium, such as a newspaper or magazine.’ In this particular case, the leaflet formed an integral part of that package, according to the DACC. The fact that the package was not delivered through the letterbox (because of the large size), but was delivered by the postman at the door seems important for the decision of the DACC. Complaint dismissed.

Daan van Eek

Daniël Haije