Bijkomende omstandigheden vereist bij verwarringsgevaar beschrijvende handelsnamen
In hoeverre komt aan een beschrijvende handelsnaam bescherming toe? Deze vraag staat centraal in een recente uitspraak van het Gerechtshof Den Haag. Volgens Parfumswinkel veroorzaakt Parfumswebwinkel, door het voeren van een overeenstemmende handelsnaam, gevaar voor verwarring bij klanten. Parfumwinkel vordert daarom een bevel dat Parfumswebwinkel gebruik van de handelsnaam staakt. De rechtbank Den Haag wijst het verbod toe. Tegen dat vonnis gaat Parfumswebwinkel in hoger beroep.
Al eerder bepaalde de Hoge Raad in een geschil over domeinnamen dat in geval van beschrijvende aanduiding ‘Artiestenverloningen’ (ook als die verwarringwekkend is) bijkomende omstandigheden nodig zijn om onrechtmatigheid aan te nemen. Het idee hierachter is dat beschrijvende aanduidingen vrij moeten worden gehouden voor iedereen (“Freihaltebedürfnis”).
Is het vereiste van “bijkomende omstandigheden” uit het Artiestenverloningen van de Hoge Raad ook van toepassing op handelsnaamgeschillen? Daarover zijn de meningen verdeeld. Het hof Den Haag oordeelt nu dat dit het geval is. Het hof stelt vast dat dat de handelsnaam Parfumswinkel louter beschrijvend is. In zo’n geval vindt het hof – in lijn met Artiestenverloningen – dat naast verwarringsgevaar bijkomende omstandigheden nodig zijn om inbreuk aan te nemen. Parfumswinkel slaagt er niet in aan te tonen dat van dergelijke bijkomende omstandigheden sprake is. De handelsnamen Parfumswinkel en Parfumswebwinkel mogen naast elkaar blijven bestaan.
Het hof stelt verder dat het mogelijk is dat een louter beschrijvende handelsnaam door het gebruik ervan geschikt wordt om een bepaalde onderneming aan te duiden en van andere ondernemingen te onderscheiden. Parfumswinkel is er niet in geslaagd aan te tonen dat dergelijke inburgering heeft plaatsgevonden.
Het komt steeds vaker voor dat ondernemingen voor beschrijvende handelsnamen kiezen, omdat de online vindbaarheid hierdoor vergroot wordt. Dankzij de Parfumswinkel-uitspraak kunnen deze ondernemingen naast elkaar blijven bestaan, zelfs als sprake is van gevaar voor verwarring. Dit is alleen anders in geval van inburgering of bijkomende omstandigheden.
Tamilla Abdul-Aliyeva en Fleur Jeukens