Het blijft een hot topic: vleesbenamingen voor plantaardige alternatieven
De Vegetarische Slager scoort de ene hit na de andere: van vegetarische kipstuckjes tot vegan petit filet a l’Americain, de Nederlander weet de vleesvervangers steeds beter te vinden. Recentelijk ontving de Reclame Code Commissie een klacht over een radiocommercial waarin BBQ koning Jord Althuizen kookt met de vegan Bofkipburger van het populaire vleesvervangermerk.
Volgens de klager wekt de commercial de indruk dat de burger van dierlijke afkomst is. De naam “Bofkipburger” zou verwarring zaaien bij de consument en onrecht aandoen aan “echte” slagers.
De voorzitter van de Reclame Code Commissie oordeelt dat voldoende duidelijk is dat de Bofkipburger niet gemaakt is van vlees en dat de slager waaraan gerefereerd wordt enkel vegetarische producten verkoopt. De “Bofkipburger” is een humoristische beschrijving van een plantaardig alternatief voor kippenvlees. Bovendien is de gemiddelde consument inmiddels gewend aan het gebruik van vleesbenamingen voor vegetarische producten, dit is wettelijk ook toegestaan.
Kortom: er is geen sprake van misleidende voedselinformatie, de consument is niet in verwarring. Geen verassende beslissing, maar duidelijk is wel dat het gebruik van vleesnamen voor vegetarische alternatieven een hot topic is. Aan de ene kant heb je de voorstanders van (meer) vegetarische producten die de ontwikkeling toejuichen en aan de andere kant de vleesindustrie die juist niets wil weten van het gebruik van “hun vleesbenamingen” voor niet-vleesproducten. Op Europees niveau is er zelfs een wetsvoorstel ingediend om het gebruik van vleesbenamingen voor plantaardige producten te verbieden. Inmiddels is duidelijk dat het verbod er niet gaat komen, want het Europees Parlement heeft tegen het voorstel gestemd. De vegetarische Auf Wieder Schnitzels, vegan roockworsten en andere diervriendelijke alternatieven zullen voorlopig nog volop te verkrijgen zijn in het schap.
Lisanne Steenbergen