Nepreviews; echt misleidend
Een webshop mag niet beweren dat reviews authentiek zijn als dat niet is onderzocht. En het (laten) plaatsen van nepreviews door webshops is nu per definitie misleidend. Dat volgt uit de nieuwe e-commerceregels die sinds 28 mei 2022 gelden als gevolg van de implementatie van de Moderniseringsrichtlijn (2019/2161).
Maar hoe bewijs je dat een review nep of echt is? De Reclame Code Commissie oordeelde onlangs dat de klager met een eenvoudige Google search zonder resultaten over de identiteit van een reviewer al serieuze twijfel zaaide over de echtheid van reviews. Want, zegt de RCC, dit is de enige informatie en/of zoekmogelijkheid die een klager heeft. Vervolgens ligt de bal bij de adverteerder. In dit geval heeft de adverteerder geen gemotiveerd verweer gevoerd. Dat leidt tot de beslissing dat de reviews misleidend zijn (toen nog op grond van de regels vóór de implementatie van de Moderniseringsrichtlijn).
Deze uitspraak roept allerlei vragen op over de praktische uitvoering van de bewijslast van een adverteerder. Niet iedereen vult zijn/haar voor- én achternaam in bij het schrijven van een review. Sommige reviewers blijven anoniem. Maar zelfs met een veel voorkomende naam als Jan de Vries is het onduidelijk van wie de review afkomstig is.
De ACM heeft vergaande bestuurlijke bevoegdheden om onderzoek te doen naar de echtheid van reviews. Een adverteerder niet. Een systeem waarbij consumenten alleen na aankoop een review achter kunnen laten via een link in een e-mail kan uitkomst bieden. Als een adverteerder dit systeem niet gebruikt, kan het in de praktijk heel lastig zijn om twijfel over de authenticiteit van de review weg te nemen.
De regel is duidelijk: nepreviews zijn per definitie misleidend. De praktische uitvoering roept nog veel vragen op die hopelijk snel worden beantwoord.
Myrna Teeuw